Op 14 april 2015 heeft de Rechtbank Midden-Nederland het faillissement uitgesproken van het letselschadebureau Effort & Support uit Wijk bij Duurstede. Al enige tijd kregen de cliënten van dat bureau signalen dat er iets niet in orde was. De bereikbaarheid was slecht en betalingen kwamen niet of pas laat aan bij cliënten. Nu er sprake is van faillissement is er bij hen onzekerheid over de verdere afhandeling van hun letselschadezaak. Het kantoor Effort & Support was geen lid van de NLE.

Belang van keuze van een degelijke belangenbehartiger
In het verleden is het regelmatig gebeurd dat belangenbehartigers van letselschadezaken failliet gingen en hun cliënten daardoor werden gedupeerd. Het kan leiden tot vertraging in de afhandeling van de zaak, onzekerheid over hoe het verder moet en soms is er zelfs geld verdwenen dat aan de cliënt toebehoort. Deze gebeurtenis onderstreept het belang van de keuze van een degelijke belangenbehartiger door cliënten. Niet alleen vakinhoudelijke kennis is van belang, of communicatieve vaardigheden, maar ook een gezonde financiële huishouding. Voor cliënten is dat natuurlijk moeilijk te controleren, maar wel kan de cliënt letten op een lidmaatschap van de Branchevereniging Nederlandse Letselschade Experts (NLE) en het Keurmerk Letselschade. Het kantoor dat deze lidmaatschappen mag voeren voldoet aantoonbaar aan de hoogste kwaliteitseisen in de letselschadebranche.

Waarborgen NLE-lidmaatschap
De NLE-leden zijn allemaal getoetst op de NLE-toelatingseisen. Het Keurmerk Letselschade en inschrijving in het Register van De Letselschade Raad maken daar deel van uit. Daarnaast heeft de NLE periodiek inzicht in het aantal dossiers dat een kantoor in behandeling heeft. Bij een plotseling daling van dat aantal, gaat de NLE met het lid in gesprek. Als er een faillissement dreigt van een NLE-lid, dan biedt de verenigingsstructuur de getroffen cliënten de zekerheid dat hun zaken worden afgehandeld door een ander NLE-kantoor dat aan dezelfde kwaliteitseisen voldoet.

Alle NLE-kantoren beschikken verplicht over een zogenaamde derdengeldrekening. Dat betekent dat gelden die bestemd zijn voor cliënten – voor zover deze door de verzekeraar niet direct aan de cliënt worden overgemaakt – apart staan van de kantoorgelden. Bij een faillissement worden de gelden van cliënten dan ook niet getroffen.

Veel NLE-kantoren werken op basis van de PIV-BGK-regeling. Dat wil zeggen dat er zekerheden bestaan inzake de honorering van hun werkzaamheden voor cliënten. Verzekeraars betalen vaste bedragen en gaan daarover niet in discussie. De financiële positie van deze kantoren is als gevolg van deze afspraken meer voorspelbaar. Verzekeraars kunnen daarnaast, als er vermoedens zijn van financiële problemen van een kantoor, een accountantsverklaring opvragen. Daarmee wordt een eventueel dreigend faillissement in een vroeg stadium herkend en kunnen grote gevolgen worden voorkomen.